Waarheid
Na de ruzie heb ik Benjamin dagen niet gezien. Ik wist niet wat dit te betekenen had en waar hij uithing. Ik voelde mij eenzaam en verlaten, was ik dan toch te streng voor hem geweest? We hebben wel een soort van vage relatie gehad, maar zo serieus nam hij die toch niet?
Ik dacht terug aan de tijden met hem, de tijden dat wel elkaar steunden in wat voor een situaties dan ook, en begon hem toch steeds meer te missen. Ik wilde niet toegeven aan dit gevoel en begon hard te werken, hierdoor werd ik afgeleid van mijn gedachten en kwam er een flinke vooruitgang in mijn rapport. Ik was nog steeds zeker dat ik hier niet thuis hoorde en was nog steeds van plan hier zo snel mogelijk uit te komen.
Na lange zware dagen vol met hard geploeter stortte ik mij vermoeid in mijn bed. Ik viel snel in slaap en werd rond middernacht weer wakker. Ik rekte mij uit toen ik iets voelde kreukelen. Ik stopte met mijn beweging en voelde onder mijn rug, waar ik een briefje vond. Vol verbazing deed ik het licht aan en begon het te lezen:
Lieve Sophie,
Het spijt mij van alles, maar voor alles is ook een verklaring. Ik ben je veel uitleg verschuldigd, jij was altijd eerlijk tegen mij maar ik niet tegen jou, ik kon alles niet meer aan en ga je alles opbiechten. Als eerste moet ik je wat zeggen, maar voordat je verder leest moet jij mij beloven dat je heel de brief leest, dat is van belang.
Ik ben hier weggegaan. Ik mocht al een tijdje weg maar hield mij iets langer hier. Dit deed ik allemaal uit liefde voor jou. Ik wilde je beschermen en het leven hier voor jou makkelijker maken. Ik geloof net zoals jij dat jij hier niet thuis hoort. Ik sta dichter bij je verhaal dan je denkt, maar dit kan ik je niet in deze brief uitleggen, dat is te gevaarlijk.
Ik wil je ook uitleggen waarom ik hier bleef toen jij die dag wegging, toen ik had verzonnen dat ik eten had gekocht. Dit was natuurlijk niet waar, wat jij denk ik al wel door had. Ik heb mijn punten aan iemand anders gegeven, iets wat ik belangrijker vond. Het deed mij zoveel pijn toen ik je zo gebroken en boos op mij zag, dat ik bijna alles wilde opbiechten, maar dit heb ik gelukkig kunnen weerstaan, anders zou jij zeker actie ondernemen. Ik heb mijn punten namelijk gegeven aan degene die het het minste verdient, maar begrijp mij niet verkeerd, ik deed het voor jou. Ze zou jou hierna niet meer lastigvallen en tot nu toe heeft ze zich hieraan gehouden. Ik weet dat ze je zal blijven ontwijken, maar zorg alsjeblieft ook hiervoor. Stap niet op haar af, verpest alsjeblieft niet alle moeite die ik voor je heb gedaan, je moet weten dat ik dit allemaal voor jou heb gedaan, ook al vatte jij alles net verkeerd op.
Zoals ik al zei, mocht ik hier al langer weg, en ben ik ook weggegaan, omdat jij toch niets meer aan mij had. Ik zal voor altijd uit je leven verdwijnen, aangezien iemand mijn plaats heeft ingenomen. De reden dat je mij al een paar dagen niet meer hebt gezien is hierdoor denk ik ook wel duidelijk, de laatste dingen voor mijn vertrek moesten namelijk worden geregeld. Als jij dit leest ben ik al weg.
Sophie, wil je mij alsjeblieft nog één ding beloven. Blijf braaf, dit klinkt stom, maar houd je alsjeblieft gedeisd. Ik heb gezorgd voor wat verspoedingen in je proces en als je zo door blijft gaan ben ook jij snel vrij.
Ik houd van je en zal je nooit meer vergeten.
Liefs,
Benjamin
De brief begon te vervagen door mijn ogen die waren volgelopen met tranen, een traantje verliet mijn oog en spatte uiteen op de brief. Ik legde hem trillend onder mijn kussen. Veel vragen waren antwoorden geworden, maar ook veel vragen waren gevormd. Ik voelde mij bedrogen, een pion in één groot spel, maar voelde ook sympathie voor Benjamin. Het enige wat hij wilde was dat ik gelukkig was, en ik heb hem zo grof behandeld. Ik kreeg flinke bonkende hoofdpijn en zakte neer op mijn bed. Ik viel in slaap met het zinnetje wat ik steeds opdreunde: zoek niet naar antwoorden, maar probeer eerst hieruit te komen.
Passion and love
Follow me by every step i take.
woensdag, december 26
donderdag, oktober 25
Sfeer
Donker
Waar ben ik? Het voelt alsof ik in één groot donker gat zit, en ik niet weet hoe ik eruit moet komen. Alsof ik tastend in het duister het leven door ga en ik heel soms de uitweg zie, maar als ik er bijna ben, ik opnieuw in de duisternis val. De hoop om ooit uit die duisternis te komen wordt steeds kleiner, maar ik zal hem nooit verliezen. Maar een nog belangrijkere vraag was: waar was ik mee bezig? Was ik het mijzelf moeilijk aan het maken, of maakten andere personen het mij moeilijk? Veel weet ik niet zeker, maar één ding staat redelijk vast: ik ben in de war. Ik weet het allemaal niet meer, toen ze zeiden dat veel mensen in dit soort van gesticht gek werden dacht ik dat ik het zou volhouden, maar daar krijg ik steeds minder vertrouwen in. Ik dacht dat ik anders was, ik zit hier immers onterecht. Wat als ik straks ook gek ben? Ik wil hier niet meer zijn, ik moet hier wegkomen voordat ik helemaal gek word. Laat ik proberen het hier zo lang mogelijk uit te houden, en het is dan handig om alles op een rijtje te zetten. Wat wil ik? Wat is nou mijn doel? Ik denk hieruit komen, dat is de eerste stap, en die voltooien gaat al een hele opgave worden. Ik zal mij voortaan netjes moeten gedragen, niks fout doen, en zo normaal mogelijk te reageren als het kan, als ik dit lang volhoud komt het goed. Wat wil ik daarna? Waar verlang ik nou echt naar? Het was moeilijk toe te geven, ook al was het alleen aan mijzelf, maar ik denk dat ik toch stiekem verlangde naar hem, Bart. Ik weet niet wat ik hiermee moet, het is onmogelijk, maar ik zie wel wat de tijd brengt.
De dagen gingen voorbij, ik hield mij koest en netjes aan alle regels. Ik gedroeg mij als een volkomen normaal mens en negeerde alles wat tot een probleem zou kunnen leiden. Mensen roddelden over mij, ik hoorde alles, maar deed alsof ik van niets wist. Ze vonden mijn gedrag opmerkelijk en probeerden mij soms uit de tent te lokken, maar ik ging het niet hierdoor laten verpesten. Ik was vastberaden van mijn nieuwe lotsbestemming. Van Benjamin had ik ook niets meer gehoord sinds ons laatste gesprek, hij negeerde mij en ik hem. Alleen ging daar nu verandering in komen, hij kwam net op mij af gelopen.
''Sophie, dit moet stoppen, wat is er aan de hand?''
''Wat bedoel je, ik doe niks fout, ik leef rustig mijn leven hier.''
''Je weet wat ik bedoel, je gedraagt je anders, dit is niet hoe jij bent, alsjeblieft vertel mij de waarheid.''
Hij begon nu smekend te klinken, maar mijn woede begon alsnog op te borrelen, nee Sophie, dit mag niet gebeuren, houd je in, niet nu je al zover bent...
''Jij weet niets over hoe ik ben, bemoei je er alsjeblieft niet mee en laat mij met rust,'' zei ik zo koeltjes mogelijk, iets wat ik normaal in woede zou hebben gezegd.
''Sophie, ik zweer het, ik laat je met rust zodra jij mij verteld waar je mee bezig bent, of wat er is gebeurd wat dit tot gevolg heeft, ik weet dat je iets voor mij verbergt, en wat het ook is vertel het me, dan zal ik je daarna met rust laten. We moeten eerlijk tegen elkaar zijn, nietwaar?''
Ik dacht goed na over wat hij zei, en hij had op de een of andere manier wel een punt, wat had ik te verliezen? Hij zou mij daarna niet meer lastigvallen, een groot voordeel.
''Ik wil hier zo snel mogelijk weg, ik word hier gek als ik niet snel wegga. Heel mijn leven is een grote wanorde en ik verlang naar het leven van hierbuiten. Ik hoor hier niet, ik zit hier onterecht, weet je nog? Ik wil echt leven, niet hier als een kasplantje doodgaan, ik wil vrijheid en terug naar de persoon die mij het mooie leven liet zien.''
Benjamin keek mij begrijpelijk aan en zag er opgelucht uit, het leek alsof hij alles snapte totdat zijn gezicht opeens betrok.
''Wat zei je? Welke persoon? Wie heb je ontmoet en wanneer?'' Benjamin klonk opdringerig, te opdringerig, bijna bezitterig, dit was niet goed, maar hij had recht op de waarheid, hoe hij ook reageert.
''Ik heb iemand ontmoet toen ik hier twee dagen weg was, iemand speciaals, op wie ik verliefd ben geworden.''
Benjamin keek mij ontzet aan.
''Verliefd? In zo een korte tijd? Volgens mij weet je niet eens wat verliefd zijn is, belachelijk Sophie, belachelijk.''
Nu werd ik heel boos, hoe kon hij zo over mij praten? Na alles wat hij mij geflikt heeft ook nog zo gemeen doen?
''Dit meen je niet, hoe kan je dat zeggen? Ik ga er niet eens op reageren, ik ga niet meer mijn tijd verdoen met jou, vergeet het maar, tot ziens Benjamin!''
Ik stormde woedend de zaal uit, maar gelukkig had niemand het door, ik kon mijn reputatie niet aan hem verliezen. Ik zou mij vanaf dit punt alleen nog maar focussen op mijn ene doel, niks stond mij meer in de weg, Benjamin verlaten was opeens veel makkelijker geworden, dat is ook weer opgelost, het ging de goede kant op.
Waar ben ik? Het voelt alsof ik in één groot donker gat zit, en ik niet weet hoe ik eruit moet komen. Alsof ik tastend in het duister het leven door ga en ik heel soms de uitweg zie, maar als ik er bijna ben, ik opnieuw in de duisternis val. De hoop om ooit uit die duisternis te komen wordt steeds kleiner, maar ik zal hem nooit verliezen. Maar een nog belangrijkere vraag was: waar was ik mee bezig? Was ik het mijzelf moeilijk aan het maken, of maakten andere personen het mij moeilijk? Veel weet ik niet zeker, maar één ding staat redelijk vast: ik ben in de war. Ik weet het allemaal niet meer, toen ze zeiden dat veel mensen in dit soort van gesticht gek werden dacht ik dat ik het zou volhouden, maar daar krijg ik steeds minder vertrouwen in. Ik dacht dat ik anders was, ik zit hier immers onterecht. Wat als ik straks ook gek ben? Ik wil hier niet meer zijn, ik moet hier wegkomen voordat ik helemaal gek word. Laat ik proberen het hier zo lang mogelijk uit te houden, en het is dan handig om alles op een rijtje te zetten. Wat wil ik? Wat is nou mijn doel? Ik denk hieruit komen, dat is de eerste stap, en die voltooien gaat al een hele opgave worden. Ik zal mij voortaan netjes moeten gedragen, niks fout doen, en zo normaal mogelijk te reageren als het kan, als ik dit lang volhoud komt het goed. Wat wil ik daarna? Waar verlang ik nou echt naar? Het was moeilijk toe te geven, ook al was het alleen aan mijzelf, maar ik denk dat ik toch stiekem verlangde naar hem, Bart. Ik weet niet wat ik hiermee moet, het is onmogelijk, maar ik zie wel wat de tijd brengt.
De dagen gingen voorbij, ik hield mij koest en netjes aan alle regels. Ik gedroeg mij als een volkomen normaal mens en negeerde alles wat tot een probleem zou kunnen leiden. Mensen roddelden over mij, ik hoorde alles, maar deed alsof ik van niets wist. Ze vonden mijn gedrag opmerkelijk en probeerden mij soms uit de tent te lokken, maar ik ging het niet hierdoor laten verpesten. Ik was vastberaden van mijn nieuwe lotsbestemming. Van Benjamin had ik ook niets meer gehoord sinds ons laatste gesprek, hij negeerde mij en ik hem. Alleen ging daar nu verandering in komen, hij kwam net op mij af gelopen.
''Sophie, dit moet stoppen, wat is er aan de hand?''
''Wat bedoel je, ik doe niks fout, ik leef rustig mijn leven hier.''
''Je weet wat ik bedoel, je gedraagt je anders, dit is niet hoe jij bent, alsjeblieft vertel mij de waarheid.''
Hij begon nu smekend te klinken, maar mijn woede begon alsnog op te borrelen, nee Sophie, dit mag niet gebeuren, houd je in, niet nu je al zover bent...
''Jij weet niets over hoe ik ben, bemoei je er alsjeblieft niet mee en laat mij met rust,'' zei ik zo koeltjes mogelijk, iets wat ik normaal in woede zou hebben gezegd.
''Sophie, ik zweer het, ik laat je met rust zodra jij mij verteld waar je mee bezig bent, of wat er is gebeurd wat dit tot gevolg heeft, ik weet dat je iets voor mij verbergt, en wat het ook is vertel het me, dan zal ik je daarna met rust laten. We moeten eerlijk tegen elkaar zijn, nietwaar?''
Ik dacht goed na over wat hij zei, en hij had op de een of andere manier wel een punt, wat had ik te verliezen? Hij zou mij daarna niet meer lastigvallen, een groot voordeel.
''Ik wil hier zo snel mogelijk weg, ik word hier gek als ik niet snel wegga. Heel mijn leven is een grote wanorde en ik verlang naar het leven van hierbuiten. Ik hoor hier niet, ik zit hier onterecht, weet je nog? Ik wil echt leven, niet hier als een kasplantje doodgaan, ik wil vrijheid en terug naar de persoon die mij het mooie leven liet zien.''
Benjamin keek mij begrijpelijk aan en zag er opgelucht uit, het leek alsof hij alles snapte totdat zijn gezicht opeens betrok.
''Wat zei je? Welke persoon? Wie heb je ontmoet en wanneer?'' Benjamin klonk opdringerig, te opdringerig, bijna bezitterig, dit was niet goed, maar hij had recht op de waarheid, hoe hij ook reageert.
''Ik heb iemand ontmoet toen ik hier twee dagen weg was, iemand speciaals, op wie ik verliefd ben geworden.''
Benjamin keek mij ontzet aan.
''Verliefd? In zo een korte tijd? Volgens mij weet je niet eens wat verliefd zijn is, belachelijk Sophie, belachelijk.''
Nu werd ik heel boos, hoe kon hij zo over mij praten? Na alles wat hij mij geflikt heeft ook nog zo gemeen doen?
''Dit meen je niet, hoe kan je dat zeggen? Ik ga er niet eens op reageren, ik ga niet meer mijn tijd verdoen met jou, vergeet het maar, tot ziens Benjamin!''
Ik stormde woedend de zaal uit, maar gelukkig had niemand het door, ik kon mijn reputatie niet aan hem verliezen. Ik zou mij vanaf dit punt alleen nog maar focussen op mijn ene doel, niks stond mij meer in de weg, Benjamin verlaten was opeens veel makkelijker geworden, dat is ook weer opgelost, het ging de goede kant op.
dinsdag, oktober 9
Moments
The small things, the little details in life you forget, because they're so little, these are the most important ones. The feeling of being happy is from understanding what you've got. The way to happiness how I see it, is enjoying every tiny little piece in life, the beautiful nice things. You've to see what are the important things to remember and to think of. Everyday something nice or funny will happen, and you've to enjoy that moment. What life makes beautiful in general, are those little moments of happiness, those little moments you enjoy all together. You only live once, so do it in the right way, you've only one chance. Don't think back of everything what went wrong, but don't look in the future, too, but live in the present. If you think all the time of other things, you can't enjoy what's happening on the moment of thinking, so if you do this all the time you aren't conscious of the beautiful things on that moment. The things that are most important in live, you'll simply miss, that's a pity, don't you think?
donderdag, september 20
Cellphone back, life back
Is a cellphone that important for a teenager? Do we really need the newest cellphones?
I lost my cellphone for a week, because I had to send it away to repair it, but fortunately my brother had a cellphone that I could use. Immediately I downloaded whatsapp, so I could follow everything in my friends life. If I hadn't a cellphone that quickly, I would go crazy. I would feel like I miss everything in the social world, I check twitter, facebook and whatsapp all the time. Living without seems impossible. Okay, maybe I'm overreacting, impossible is a big word, but living without a cellphone would make me feel like I'm isolated from the world.
Do we really need to have contact with everybody, to check twitter all the time? No, I think it's not necessary, and of course you can have a social life without all the social network stuff, but being able to see what's happening in everybody's life is very interesting and addictive. I want to know what's going on in the world, and my way of finding out is checking twitter and facebook.
If you know what's going on, you feel so, relieved... I'm always scared I miss something very exciting or interesting or even important. But maybe, if I would delete my twitter and facebook account, I can live without the feeling of missing things. Okay, I think it takes time, but I started with no contact to complete contact, so I can go back to the beginning.
The important question is: do I want to go back? To the time I didn't have a smartphone? The answer is simple and predictable: no. Of course I don't want to, it's not that social network has a bad influence on me, it actually helps in my life: if I have a question or something, or I want to contact my friends, this is much easier than texting or calling.
I have my smartphone for only three months, but I'm already totally settled down in the social network world. It's like I never lived without it, but I like the feeling of exactly knowing what's going on in the world. It has become a part of my life, and I'm happy with this change. I admit, sometimes I'm a little bit addicted to my cellphone, but the most of the time I can resist the urge.
maandag, september 17
Stay positive
Sometimes life is hard, so be it. I know how it feels, maybe in another way than you do, but I think everybody has their own troubles. I'm a very positive person and I'm trying to make the best out of everything I do. There are many things I hate about life, but if you only think of that you're going to make it even worse. If you stay positive by everything you do, you'll enjoy everything more. Live for the moment, and don't think about stupid things in the future, because it makes no sense. If you think about it, you'll only worry about it, and the situation is not going to become better or something. The only thing you achieve is ruining the moment you think about that little thing in the future. That thing is in the future, so let it stay there! But if the moment is there, and you feel like everything is against you and you think life can't be worse, try to think: it can be worse. And yes, sometimes you think it can't, but it always can. This will help you, it helps me in any case, to come through the hard stuff in life.
My point is: stay positive, how worse the situation is, and don't forget to keep smiling! It sounds very cheesy, but it actually works! Life is much easier for me, because I see everything on the bright side. Of course you can't have always a good day, and I haven't either, but I'm trying to make every day a good day, and for the most days it really helps.
This means I'm not always a very happy and lucky person, because, like I said, everybody has their own troubles and a day to forget, but I try to have less this sort of days.
My point is: stay positive, how worse the situation is, and don't forget to keep smiling! It sounds very cheesy, but it actually works! Life is much easier for me, because I see everything on the bright side. Of course you can't have always a good day, and I haven't either, but I'm trying to make every day a good day, and for the most days it really helps.
This means I'm not always a very happy and lucky person, because, like I said, everybody has their own troubles and a day to forget, but I try to have less this sort of days.
A new, fresh start
I don't want to change my blog completely, but from now on I'll do it differently.
I don't know what the exact changes are going to be, but one of them is that I'm going to try to write in English, so more people can actually read it and it's a good way to improve my English skills.
I hope you enjoy reading my blog!
I don't know what the exact changes are going to be, but one of them is that I'm going to try to write in English, so more people can actually read it and it's a good way to improve my English skills.
I hope you enjoy reading my blog!
zaterdag, april 28
Sfeer
Reflectie
Dagen gingen voorbij, sinds ik weg was geweest heb ik niet meer het gevoel gehad dat ik echt leefde. Daarvoor wist ik niet wat ik miste, ik dacht dat het mijn leven was, mijn lot, maar ik weet nu dat dat niet zo is. Ik weet niet hoe lang ik het ga volhouden hier, maar ik zal hier wegkomen, alles is beter dan dit. Het voelt als een grote leegte vanbinnen, alsof ik iets mis, eerst wist ik niet dat ik iets miste, maar nu weet ik wel dat ik iets mis en ook wat het is. Het is moeilijk in woorden uit te drukken maar ik denk dat het het dichtst in de buurt komt van vrijheid.
''Sophie!'', ik werd uit mijn gedachten gehaald door Benjamin, we hadden het een soort van bijgelegd, alhoewel ik het hem niet vergeven had, deed ik van wel. Ik heb geen zin meer in ruzie en ingewikkelde dingen, ik heb nu wel andere dingen aan mijn hoofd.
''Je bent er de laatste tijd niet echt bij hè?''
Ik denk dat dit een retorische vraag was, ik ging er maar vanuit, en keek hem even aan alleen om te laten merken dat ik hem had gehoord.
''Is er iets gebeurd toen je weg was? Je hebt er niet heel veel over verteld...'', hij keek mij nieuwsgierig aan en wachtte op een antwoord, een antwoord waarin ik geen zin had om te geven.
''Ik heb wat rondgelopen, meer niet...'', antwoordde ik verveeld.
''Vertel je mij wel de waarheid? Vertrouw je mij soms niet meer? Alsjeblieft Sophie, vertel mij wat er aan de hand is!''
''Natuurlijk vertel ik de waarheid! Wat heeft het voor een nut om te liegen? Er is niets, hou er alsjeblieft over op!'' Ik begon nu echt geïrriteerd te raken, ik haatte dit soort gesprekken.
''Maar... je lijkt zo veranderd sinds je weg bent gegaan, ik ben bang dat ik nooit meer de oude Sophie terug zal zien.''
''Egoïst!'' Benjamin keek mij niets begrijpend aan.
''Ik ben misschien wel veranderd, maar dat hoeft niet slecht te zijn! Je denkt alleen maar aan jezelf, wanneer was je er voor mij? Toen ik werd gepest? Toen ik werd geslagen? Toen ik wegging en jij je belofte brak? Denk je dat dit mij allemaal niets doet? Denk je dat ik gewoon vrolijk door kan leven? Jij maakt je alleen zorgen om hoe ik was, de makkelijke Sophie, die alles goed vond en overal in meeging, makkelijk voor jou ja! Ik kan je één ding vertellen: zo ben ik niet meer! Ik leef ook nog een leven!'' Ik spuugde de woorden uit, alsof ik iets walgelijks zei en staarde Benjamin doordringend aan voordat ik weg stormde uit de eetzaal.
Aangekomen in mijn kamer, wist ik even niet meer wat ik moest doen. Nu ik Benjamin kwijt was, had ik niemand hier. Het geluk wat ik dagen geleden voelde, was er niet meer, het was allemaal omgekeerd, omgekeerd in ongeluk.
Dagen gingen voorbij, sinds ik weg was geweest heb ik niet meer het gevoel gehad dat ik echt leefde. Daarvoor wist ik niet wat ik miste, ik dacht dat het mijn leven was, mijn lot, maar ik weet nu dat dat niet zo is. Ik weet niet hoe lang ik het ga volhouden hier, maar ik zal hier wegkomen, alles is beter dan dit. Het voelt als een grote leegte vanbinnen, alsof ik iets mis, eerst wist ik niet dat ik iets miste, maar nu weet ik wel dat ik iets mis en ook wat het is. Het is moeilijk in woorden uit te drukken maar ik denk dat het het dichtst in de buurt komt van vrijheid.
''Sophie!'', ik werd uit mijn gedachten gehaald door Benjamin, we hadden het een soort van bijgelegd, alhoewel ik het hem niet vergeven had, deed ik van wel. Ik heb geen zin meer in ruzie en ingewikkelde dingen, ik heb nu wel andere dingen aan mijn hoofd.
''Je bent er de laatste tijd niet echt bij hè?''
Ik denk dat dit een retorische vraag was, ik ging er maar vanuit, en keek hem even aan alleen om te laten merken dat ik hem had gehoord.
''Is er iets gebeurd toen je weg was? Je hebt er niet heel veel over verteld...'', hij keek mij nieuwsgierig aan en wachtte op een antwoord, een antwoord waarin ik geen zin had om te geven.
''Ik heb wat rondgelopen, meer niet...'', antwoordde ik verveeld.
''Vertel je mij wel de waarheid? Vertrouw je mij soms niet meer? Alsjeblieft Sophie, vertel mij wat er aan de hand is!''
''Natuurlijk vertel ik de waarheid! Wat heeft het voor een nut om te liegen? Er is niets, hou er alsjeblieft over op!'' Ik begon nu echt geïrriteerd te raken, ik haatte dit soort gesprekken.
''Maar... je lijkt zo veranderd sinds je weg bent gegaan, ik ben bang dat ik nooit meer de oude Sophie terug zal zien.''
''Egoïst!'' Benjamin keek mij niets begrijpend aan.
''Ik ben misschien wel veranderd, maar dat hoeft niet slecht te zijn! Je denkt alleen maar aan jezelf, wanneer was je er voor mij? Toen ik werd gepest? Toen ik werd geslagen? Toen ik wegging en jij je belofte brak? Denk je dat dit mij allemaal niets doet? Denk je dat ik gewoon vrolijk door kan leven? Jij maakt je alleen zorgen om hoe ik was, de makkelijke Sophie, die alles goed vond en overal in meeging, makkelijk voor jou ja! Ik kan je één ding vertellen: zo ben ik niet meer! Ik leef ook nog een leven!'' Ik spuugde de woorden uit, alsof ik iets walgelijks zei en staarde Benjamin doordringend aan voordat ik weg stormde uit de eetzaal.
Aangekomen in mijn kamer, wist ik even niet meer wat ik moest doen. Nu ik Benjamin kwijt was, had ik niemand hier. Het geluk wat ik dagen geleden voelde, was er niet meer, het was allemaal omgekeerd, omgekeerd in ongeluk.
vrijdag, april 6
maandag, april 2
Sfeer
Fel Wit Licht
Ik stapte mijn kamer binnen, ik was moe, moe van deze dagen, die trouwens de beste van mijn leven waren, maar ook moe van alle starende blikken, die ik kreeg terwijl ik naar mijn kamer liep.
''Je bent terug,'' klonk een diepe stem.
Ik draaide mij om en rende op Benjamin af en hij nam mij in zijn armen en draaide een rondje, iets wat ik geweldig vond, zo voelde ik mij net een klein kind, heerlijk.
''Wow, jij bent blij mij te zien!'', riep hij verbaasd uit.
Het enige wat ik kon doen was lachen.
''Nu ben ik ook helemaal nat! Waarom ben je überhaupt zo nat?''
''Ik...'' Hoe moest ik dit uitleggen? Moest ik de waarheid vertellen, en mijn wilde avonturen verraden, of moest ik liegen? Hij was een goede vriend, en eigenlijk zou ik niet mogen liegen, maar ik weet niet precies hoe hij mij zag; als beste vriendin, zusje of als vriendin? Ik denk dat ik toch voor de waarheid ga: 1. omdat ik slecht kan liegen 2. omdat hij er toch wel achter komt 3. omdat ik geen andere verklaring wist voor mijn natheid.
''Ik ben in een fontein gevallen...'', zei ik beschaamd.
Hij keek mij fronsend aan, en glimlachte vervolgens.
''Ik heb je gemist Sophie, je vrolijkheid, je enthousiasme, je gekheid, je aanwezigheid.''
Ik kon hierop niks zeggen, alleen hem aanstaren, ik probeerde al zijn emoties te plaatsen, maar het lukte niet. Hij ging verder terwijl hij mij doordringend aanstaarde.
''Ik vreesde dat je nooit meer terug zou komen, dat je weggerend was, dat je op de één of andere manier een manier had gevonden om te vluchten.''
''Ik zal jou toch nooit hier achterlaten?''
''Ik weet het niet, dat dacht ik in de eerste instantie ook, maar je was zo boos toen je vertrok, dat ik niet meer wist wat ik moest denken, het spijt mij Sophie, van alles.''
Ik dacht na, na over de dag dat ik vertrok, het leken jaren geleden, maar het waren maar een paar dagen geleden. Ik werd herinnerd aan die verschrikkelijke ruzie, ik haat ruzie's.
''Sophie, het spijt mij zo erg, de volgende keer ga ik mee, beloofd, maar ik kon niet, en daar was een goede reden voor.''
''Een goede reden????'' Mijn woede begon weer op te borrelen, noemde hij 'extra-eten' een goede reden?
''Je snapt het niet! Het was niet wat je denkt dat het was, ik loog, het spijt mij en ik zal het nooit meer doen.''
''Je loog? Waarom? Wat is er mis met de waarheid? Hoe weet ik wanneer je de waarheid spreekt en niet? Kan ik je nog wel vertrouwen? Ben je nog wel wie je was?''
Een hoop vragen, en geen antwoord. Ik zag hem, hij had een twijfelende, maar tegelijkertijd vastberaden uitdrukking op zijn gezicht, wat had hij te verbergen? Er is iets gebeurd, hij houdt iets achter, ik weet het zeker.
''Wat is er gebeurd? Wat heb je dan gedaan? Waarom kon je niet mee?'', ik stelde deze vragen nu iets rustiger, hopend dat ik een eerlijk antwoord zou krijgen.
''Ik... Ik kan het je niet vertellen. Het spijt me, het spijt me zoveel Sophie, maar later zal je begrijpen waarom.
''Later? Je klinkt net als volwassenen die denken dat ze verstandig doen door dingen achter te houden, en te beloven het later te zeggen! Wat later alleen maar zorgt voor meer pijn, meer vragen, meer depressieviteit, net alsof je met iets compleet anders moet leven, terwijl je alleen maar een antwoord hebt gekregen op een stomme vraag!''
Hij keek mij gekwetst aan, maar ik had geen medelijden, hij had mij gekwetst, en ik was helemaal uit mijn goede humeur. Fijn, die twee leuke dagen zijn al helemaal vergeten en het lijkt net alsof ik wakker word in de realiteit, de depressieve duistere realiteit. Ik wil terug, terug naar het echte leven, naar de wereld waar dromen uit lijken te komen, waar je andere mensen kan ontmoeten, en je geluk kan delen. Maar dat was niet mogelijk, voorlopig niet, maar ik ga er alles aan doen om hier weg te kunnen, niet voor twee dagen, maar voor altijd. ALTIJD.
Ik stapte mijn kamer binnen, ik was moe, moe van deze dagen, die trouwens de beste van mijn leven waren, maar ook moe van alle starende blikken, die ik kreeg terwijl ik naar mijn kamer liep.
''Je bent terug,'' klonk een diepe stem.
Ik draaide mij om en rende op Benjamin af en hij nam mij in zijn armen en draaide een rondje, iets wat ik geweldig vond, zo voelde ik mij net een klein kind, heerlijk.
''Wow, jij bent blij mij te zien!'', riep hij verbaasd uit.
Het enige wat ik kon doen was lachen.
''Nu ben ik ook helemaal nat! Waarom ben je überhaupt zo nat?''
''Ik...'' Hoe moest ik dit uitleggen? Moest ik de waarheid vertellen, en mijn wilde avonturen verraden, of moest ik liegen? Hij was een goede vriend, en eigenlijk zou ik niet mogen liegen, maar ik weet niet precies hoe hij mij zag; als beste vriendin, zusje of als vriendin? Ik denk dat ik toch voor de waarheid ga: 1. omdat ik slecht kan liegen 2. omdat hij er toch wel achter komt 3. omdat ik geen andere verklaring wist voor mijn natheid.
''Ik ben in een fontein gevallen...'', zei ik beschaamd.
Hij keek mij fronsend aan, en glimlachte vervolgens.
''Ik heb je gemist Sophie, je vrolijkheid, je enthousiasme, je gekheid, je aanwezigheid.''
Ik kon hierop niks zeggen, alleen hem aanstaren, ik probeerde al zijn emoties te plaatsen, maar het lukte niet. Hij ging verder terwijl hij mij doordringend aanstaarde.
''Ik vreesde dat je nooit meer terug zou komen, dat je weggerend was, dat je op de één of andere manier een manier had gevonden om te vluchten.''
''Ik zal jou toch nooit hier achterlaten?''
''Ik weet het niet, dat dacht ik in de eerste instantie ook, maar je was zo boos toen je vertrok, dat ik niet meer wist wat ik moest denken, het spijt mij Sophie, van alles.''
Ik dacht na, na over de dag dat ik vertrok, het leken jaren geleden, maar het waren maar een paar dagen geleden. Ik werd herinnerd aan die verschrikkelijke ruzie, ik haat ruzie's.
''Sophie, het spijt mij zo erg, de volgende keer ga ik mee, beloofd, maar ik kon niet, en daar was een goede reden voor.''
''Een goede reden????'' Mijn woede begon weer op te borrelen, noemde hij 'extra-eten' een goede reden?
''Je snapt het niet! Het was niet wat je denkt dat het was, ik loog, het spijt mij en ik zal het nooit meer doen.''
''Je loog? Waarom? Wat is er mis met de waarheid? Hoe weet ik wanneer je de waarheid spreekt en niet? Kan ik je nog wel vertrouwen? Ben je nog wel wie je was?''
Een hoop vragen, en geen antwoord. Ik zag hem, hij had een twijfelende, maar tegelijkertijd vastberaden uitdrukking op zijn gezicht, wat had hij te verbergen? Er is iets gebeurd, hij houdt iets achter, ik weet het zeker.
''Wat is er gebeurd? Wat heb je dan gedaan? Waarom kon je niet mee?'', ik stelde deze vragen nu iets rustiger, hopend dat ik een eerlijk antwoord zou krijgen.
''Ik... Ik kan het je niet vertellen. Het spijt me, het spijt me zoveel Sophie, maar later zal je begrijpen waarom.
''Later? Je klinkt net als volwassenen die denken dat ze verstandig doen door dingen achter te houden, en te beloven het later te zeggen! Wat later alleen maar zorgt voor meer pijn, meer vragen, meer depressieviteit, net alsof je met iets compleet anders moet leven, terwijl je alleen maar een antwoord hebt gekregen op een stomme vraag!''
Hij keek mij gekwetst aan, maar ik had geen medelijden, hij had mij gekwetst, en ik was helemaal uit mijn goede humeur. Fijn, die twee leuke dagen zijn al helemaal vergeten en het lijkt net alsof ik wakker word in de realiteit, de depressieve duistere realiteit. Ik wil terug, terug naar het echte leven, naar de wereld waar dromen uit lijken te komen, waar je andere mensen kan ontmoeten, en je geluk kan delen. Maar dat was niet mogelijk, voorlopig niet, maar ik ga er alles aan doen om hier weg te kunnen, niet voor twee dagen, maar voor altijd. ALTIJD.
Abonneren op:
Posts (Atom)